Sociaal beleid in Nederlandse stadswijken
Een zoektocht naar samenwerking
Nederlands sociaal beleid staat in het teken van een zoektocht naar samenwerking tussen lokale overheid, burgers, en sociale professionals. Nationaal en lokale beleid belooft om ‘nabij de burger’ te werken en sociale vraagstukken ‘met, voor en door’ bewoners aan te pakken. Tegelijkertijd richt beleid zich op stadswijken waar werkloosheid, huisvestingsproblematiek, en taalachterstanden het dagelijks leven van bewoners beïnvloeden. Deze beleidsbeloftes suggereren een verschuiving van verticale naar horizontale relaties tussen overheid en burger, maar hoe pakt dat uit in stedelijke omgevingen gekenmerkt door sociale ongelijkheid en geracialiseerde verhoudingen?
Vanuit deze spanning ga ik de wijk in om te onderzoeken hoe ‘gemeente’ en ‘wijk’ samenkomen in beleidsvorming -en uitvoeringsprocessen. Ik vraag wie de ‘gemeente’ of ‘wijk’ vertegenwoordigt, en hoe rollen en verantwoordelijkheden onderhandeld en verdeeld worden.
Hierbij speelt het idee van ‘gemeenschap’ een cruciale rol. De samenwerking met lokale gemeenschappen is gebaseerd op een bepaalde verbeelding van wat een ‘gemeenschap’ dient te zijn. De zoektocht naar samenwerking gaat hand in hand met de wens om gemeenschappen te versterken, of zelfs creëren, die passen binnen de beleidsvisie. Tegelijkertijd zijn er andere gemeenschappen die geproblematiseerd worden omdat ze niet het gewenste karakter hebben. In mijn onderzoek ga ik na welke gemeenschappen gewenst en ongewenst zijn in de zoektocht naar samenwerking, en wat voor impact dit heeft op lokale verhoudingen en hoe dit vormgeeft aan de nieuwe, meer horizontale staat-burger relaties.